Piazza del Duomo
Draai je nu om en aanschouw een van de wonderen van de westerse architectuur, de koepel van de Duomo Santa Maria del Fiore, vandaag nog steeds de grootste in bakstenen gebouwde koepel ter wereld.
Dit is onze tweede stop, de koepel van de kathedraal van Florence.
Kijk eens goed naar de koepel en laat je blik gaan over de ronde spitse vorm, de rode bakstenen kleurvakken afgewisseld met de witmarmeren ribben. Veeg nu de koepel weg uit je verbeelding. Probeer je de kathedraal voor te stellen zonder de koepel.
Waarom? Wel, dat was wat de Florentijnen in het begin van de 15de eeuw zagen toen ze hun kathedraal aanschouwden en zich waarschijnlijk vol schaamte afwendden, want de spot over dat gat in het dak vanuit de omliggende steden werd met de jaren scherper en bijtender.
De werken waren tot dan nochtans voorspoedig verlopen. De eerste steen was gelegd in 1296, en iets meer dan honderd jaar later, bij aanvang van de 15de eeuw, was de kathedraal zo goed als voltooid. Eén horde viel er nog te nemen, namelijk een koepel over het koor. Alleen, die horde leek onoverkomelijk, want geen mens wist hoe je een koepel van vijfenveertig meter breed en bijna honderd meter hoog moest bouwen, want niemand had het ooit voorgedaan.
De oplossing? Een wedstrijd organiseren, net zoals de Florentijnen dat voor de portalen van hun doopkapel hadden gedaan. Misschien, zo hoopte de bouwcommissie van de Duomo, zou dat het genie van de Florentijnse architecten en kunstenaars prikkelen en enkele nieuwe, waardevolle ideeën opleveren.
In 1418 werd de briefing voor de wedstrijd openbaar gemaakt, en, toeval of niet, opnieuw stonden Lorenzo Ghiberti en Filippo Brunelleschi tegenover elkaar. Die laatste had sinds de wedstrijd voor de portalen van de doopkapel echter een opmerkelijke transformatie ondergaan. Van beeldhouwer had hij zich omgevormd tot architect, een vak waarin hij, opgeleid als goudsmid, nog alles te leren had. Als onderdeel van zijn vorming is hij samen met zijn boezemvriend Donatello op studiereis vertrokken. Onder meer naar Rome, om er de antieke bouwwerken te bestuderen, maar waarschijnlijk ook naar Venetië, Byzantium en het Midden-Oosten, mogelijk zelfs tot in Perzië. In Rome heeft hij uiteraard de koepel van het Pantheon bestudeerd. Hoewel het niet was toegelaten, beklom hij die, nam enkele dakpannen weg en ontdekte dat die koepel niet uit één, maar uit twee lagen was opgebouwd. Brunelleschi brandde het geheim op zijn netvlies en paste het jaren later toe op de koepel van de kathedraal van Florence, samen met andere bouwkundige vondsten die hij in het Oosten zou hebben opgedaan.
Ditmaal won niet Ghiberti maar Brunelleschi de wedstrijd, waarbij vermeld moet worden dat beide artiesten opnieuw de vraag kregen er samen aan te werken. Deze keer echter weigerde Brunelleschi niet, want het was zijn ontwerp en aanpak die het hadden gehaald. Hij begon aan de werken in 1420, en in 1436, na talloze obstakels en schijnbaar onoplosbare problemen te hebben overwonnen, werd de kathedraal officieel ingehuldigd.
Het enige wat dan nog ontbrak waren de rode terracotta dakpannen en de lantaarn boven op de koepel. Die werd in 1452 afgewerkt, maar zonder Brunelleschi, want de man stierf in 1446 en werd onder massale belangstelling begraven onder de koepel die hij met eigen handen gebouwd had. Het opschrift op zijn graf luidde: CORPUS MAGNI INGENII VIRI PHILIPPI BRUNELLESCHI FIORENTINI. Dat betekent: Hier ligt het lichaam van de grote vernuftige Florentijn Filippo Brunelleschi. Een passend eerbetoon aan een van de sleutelfiguren van de renaissancekunst en de westerse architectuur.
Ga zelf op onderzoek. Dankzij de dubbele wand van de koepel kun je hem van binnenuit beklimmen, helemaal tot boven. Bewonder de combinatie van monumentaliteit en sierlijkheid. En breng vervolgens hulde aan de architect door zijn begraafplaats te bezichtigen in de crypte. Aan de zijkant van de kathedraal, rechts van de hoofdingang, vind je trouwens een standbeeld van een zittende Brunelleschi die omhoogkijkend zijn eigen koepel gadeslaat. De man naast hem is Arnolfo di Cambio, de architect en eerste bouwmeester van de kathedraal.